Een stukje historie van de WR 173

Zo’n honderd jaar geleden waren twee zaken van groot belang voor de groei van de visserij in de kop van Noord-Holland: de aanleg van de spoorverbinding Den Helder–Amsterdam en de import van ijs uit de Noorse fjorden.
Hiervan profiteerden ook Wieringer vissers, die met grotere schepen op de Noordzee en met kleinere aken en skuutjes op het Wad visten.

De schelpdiervisserij op het Wad vereiste ondiep stekende schepen, maar toch met voldoende laadvermogen.
Zo ontstond naast de diepere stekende Lemmeraak, de Wieringer aak. Deze Wieringer aken werden vooral in diverse Friese plaatsen gebouwd, zoals Makkum, Workum en Hindelopen.

De Wieringer broers Teun en Dirk Doves bestelden in 1915 bij de werf van Ulbe Zwolsman in Workum, een houten Wieringer aak voor hun vishandel, die gevestigd was in Den Helder. Ze gebruikten de aak, die voer onder het registratienummer HD77, als viskoopskuut of viskoopschuit. Deze was niet om te vissen, maar om gekochte vis op zee mee naar de haven te vervoeren.

Het schip bleek voor de vishandel toch te klein te zijn en op 22 december 1926 namen Broer en Cor Wit uit Den Oever de aak over. Het schip werd nu gebruikt voor de visserij met fuiken, de aalkuil, wulkenkorren, botnetten en mosselenkorren.
Het registratienummer werd het nummer dat het nu nog heeft: WR 173. De naam "TWEE GEBROEDERS" werd niet gewijzigd.

In 1930 kwam de eerste motor in het schip. Dat werd een 1 cilinder Bolinder met 25 PK. In 1960 werd het schip, na 34 jaar trouwe dienst, vervangen door een stalen kotter en verliet het Wieringen om te dienen als varend buitenhuisje.
Het kreeg de naam "VLIETER". Zo staat het afgebeeld in het boek "Ronde en platbodem jachten" van T Huitema (1962).

Een latere eigenaar voer met betalende gasten. Zo kwam het in de zomer van 1976 regelmatig in Den Oever. Rinse Zijlstra, toenmalige voorzitter van de stichting Oud Wieringen, zag het schip en wilde het als belangrijk cultuurmonument behouden voor Wieringen. Hij wist een aantal personen zo te motiveren, dat ze langdurig en renteloos een bedrag uitleenden, waardoor  het schip kon worden aangekocht.

Rond het schip vormde zich een groep mensen van diverse pluimage: vissers die het varen op houten Wieringer aken nog zelf hadden meegemaakt, jongeren die het wilden leren en mensen die zich met het onderhoud bemoeiden.
Het schip was aan een grondige opknapbeurt toe. Deze eerste renovatie werd in het najaar van 1978 door Bültjer in Ditzum Duitsland uitgevoerd. De leden van de werkgroep hielpen bij de restauratie.
Latere herstelwerkzaamheden werden door de werkgroep uitgevoerd.

In 1991 zijn de verschillende werkgroepen van de Stichting Oud Wieringen omgezet in zelfstandige verenigingen.
De werkgroep aak ging verder als VERENIGING WIERINGER AAK met het zelfde belangrijke doel:



                                            "Het varende houden van de Wieringer aak WR 173."

HTML Website Builder